De neef van de Boeddha, Ananda, was een knappe jongeman, erg vriendelijk, iedereen hield van hem, inclusief natuurlijk de Boeddha zelf, hoewel sommige van de andere discipelen soms jaloers waren. Maar dat is een ander verhaal.
In dit verhaal was Ananda op een warme dag aan het wandelen en hij had dorst en ging naar de bron en bij de bron was een Chandala meisje genaamd Prakriti; en Prakriti had net een emmer vol water uit de put opgehaald. Ananda vroeg haar of hij iets mocht drinken en Prakriti zei: "Weet je, ik ben een Chandala, ik ben van een lage kaste. Je mag zelfs niets met mij te maken hebben, laat staan water drinken dat ik je geef." Ananda zei: "Ik heb je niet gevraagd naar je kaste of je afkomst. Ik vroeg alleen maar om water," en het meisje gaf hem een slokje water om te drinken en Ananda ging weer op weg.
Maar het meisje was meteen verliefd op hem geworden. Ze ging terug naar haar moeder en ze zei: "Ik moet deze man hebben. Ik kan de gedachte niet verdragen om met iemand anders te trouwen." Er wordt gezegd dat haar moeder toen een magische spreuk heeft uitgesproken.
De volgende keer dat Ananda in het dorp was om aalmoezen te verzamelen, lokten de moeder en de dochter hem naar hun huis. Ze konden heel lekker eten aanbieden in het huis en ze konden ook andere dingen aanbieden. Ananda realiseerde zich dat hij een beetje in de problemen zat en op dat moment werd hij erg ongerust.
Hij werd gered door de nembutsu. Hij bad tot de Boeddha. Hij aanriep de Boeddha en zo kon hij zijn kalmte terugwinnen en het huis verlaten zonder verleid te worden door het mooie meisje.
Het meisje was natuurlijk teleurgesteld. Daarna, wanneer Ananda het dorp binnenkwam, om aalmoezen te verzamelen, of voor welk doel dan ook, volgde Prakriti hem. Een beetje op de achtergrond, daar bleef ze. We kunnen ons haar toestand van verlangen voorstellen, haar gemoedstoestand.
Ze vroeg aan haar moeder: "Hoe komt het dat jouw magische spreuk niet werkte?" En de moeder zei: "Nou, de spreuken van de Boeddha zijn krachtiger dan de mijne."
En dus ging Prakriti naar de Boeddha, en ze sprak met de Boeddha over hoe ze zich voelde en hoe toegewijd ze was aan Ananda; en mettertijd luisterde ze naar vele toespraken van de Boeddha. Ze luisterde naar de Dharma, en na verloop van tijd werd ze zelf een non in de boeddhistische orde.
Nu, toen werd de lokale bevolking geschandaliseerd dat de Boeddha een Chandala-meisje had ingewijd. "Wat ben je aan het doen, zo'n laaggeplaatst persoon in de orde toelaten?"
De koning kwam om de Boeddha te zien om hem eraan te herinneren: "Je moet dit niet doen. Het zal het hele sociale systeem verstoren!"
De Boeddha vertelde toen een verhaal over hoe Ananda in een vorig leven de zoon van een Chandala-leider was geweest. In het verleden was de Chandala stam zeer machtig geweest en Prakriti, was toendertijd in dat vorige leven, een Brahmaans meisje geweest; en het Brahmaanse meisje was getrouwd met de zoon van het stamhoofd. Op deze manier kon de Boeddha de sterke band tussen Ananda en Prakriti verklaren.
Natuurlijk liet het ook zien hoe er een zekere onzin in het kastenstelsel zat en hoe het verplaatsen van de ene geboorte naar de andere mensen hun kaste kon laten veranderen, hun rol kon veranderen, maar dat toch de karmische verwantschap tussen hen kon blijven bestaan.
Prakriti bleef in de Sangha en was een goede non en Ananda was een goede leerling van de Boeddha en een goede monnik.
Namo Amida Bu Dank u wel.
Dharmavidya David
Geplaatst door Tineke Osterloh en vertaald in het Nederlands door Vajrapala
Replies