Ik ben een religieus Boeddhist

Een tijdje geleden beantwoordde ik een klop op mijn deur en kwam ik in gesprek met twee Jehovah's Getuigen.  Ik vertelde hen dat ik boeddhist was.  Ze vroegen meteen of ik een religieuze boeddhist of een filosofische boeddhist was.  Ik antwoordde zonder aarzeling dat ik een religieuze boeddhist was.  We hadden een prettig gesprek en vonden enige gemeenschappelijkheid in de bezorgdheid over verschillende zaken zoals de huidige ecologische crisis.  Vervolgens gingen ze verder.

Daarna dacht ik dat ze waarschijnlijk een meer vastberaden poging hadden gedaan om mij te bekeren als ik de eerste vraag anders had beantwoord.  De persoon zonder religie bevindt zich in een kwetsbaardere positie en zal al snel toegeven dat er enige onzekerheid en angst bestaat. Ik heb ook nagedacht over waarom ik niet had geaarzeld om de vraag te beantwoorden zoals ik dat deed.  Veel mensen die zich tegenwoordig identificeren met het boeddhisme identificeren zich niet meer met religie.  Wat is het werkelijke punt waar het hier om gaat?

De fundamentele definitie van religie is dat het een systeem van denken, filosofie, cultuur en praktijk is waarbinnen het kernelement een onderscheid is tussen het alledaagse en het heilige.  We zouden deze polen ook het eindige en het oneindige kunnen noemen, het geconditioneerde en het ongeconditioneerde, het hier-en-nu en het eeuwige-voorbij, het sterfelijke en het doodloze, of een andere parallelle reeks voorwaarden. In het Westen hebben deze begrippen de vorm aangenomen van het sterfelijke en het goddelijke.

In deze definitie is het seculiere of filosofische boeddhisme niet echt een religie, omdat het een besef van het hiernamaals ontbeert.  Het is het boeddhisme minus nirwana.  Als je Shakyamuni hierover had bevraagd, zou hij zeker hebben gezegd dat Dharma zonder nirvana geen Dharma is.  Het is als een man met één been of een fiets met één wiel - het is een hachelijke evenwichtsoefening die makkelijk tuimelt zonder de inzet van onverdroten waakzaamheid, verdraaiing of extra rekwisieten.

Volgens het seculiere boeddhisme bestaat alleen het hier en nu, de enige mogelijke baten zijn mondain, en de enige manier om verder te gaan is met het nastreven van deze wereldse resultaten.  Dit soort denken wordt als progressief beschouwd.  Het is echter fragiel.  Wie zo'n benadering volgt, als hij dat op een serieuze en niet op een dilettante manier doet, loopt het risico uitgebrand te raken, want deze wereldse doelen bieden geen blijvende uitkomst, geen echte oplossing: ze zijn gewoonweg meer van hetzelfde. Veel "moderne" mensen vinden dit erg moeilijk te begrijpen. Daardoor ontsnappen ze nooit aan hun stress en angst. Ze creëren een doel in deze wereldse perfectie en komen dan vast te zitten, want zo'n perfectie is er hier niet.

De oorspronkelijke leer - de Dharma - was gericht op de verlossing uit deze wereld, terwijl men zich daarbinnen bevindt, en niet louter vergankelijk geluk of plezier.  Geluk in de wereld mag dan vaak een afgeleide zijn, maar het was bijkomstig bij het oorspronkelijke doel.  De Dharma gaat ook niet echt over zelfontplooiing.  Nogmaals, een groot deel van de karakterhervorming zou kunnen optreden als een afgeleide - sila en samadhi ontwikkelen zich vanuit prajña - maar de kern is juiste zienswijze en juiste zienswijze is lokavid, het vermogen om verder te kijken.  We kunnen het idee van het perfectioneren van onszelf leuk vinden, maar we blijven allemaal bombu.

In de Ariya Pariyesana Sutta (MN26), zegt Boeddha:

Bhikshus, voor mijn ontwaken, terwijl ik nog maar een niet ontwaakte bodhisattva was,

ik, die zelf ook onderworpen was aan geboorte, zocht wat ook onderworpen was aan geboorte;

onderworpen aan verval, zocht wat ook aan verval onderhevig was;

onderworpen aan ziekte;

onderworpen aan de dood;

onderworpen aan verdriet

Ik die zelf onderworpen was aan bezoedeling, zocht naar wat ook onderworpen was aan bezoedeling.

Toen, bhikshus, dacht ik zo:

Waarom zou ik, als ik zelf onderworpen ben aan geboorte, zoeken naar wat ook onderworpen is aan geboorte

onderworpen aan verval;

onderworpen aan ziekte;

onderworpen aan de dood;

onderworpen aan verdriet;

als ikzelf onderhevig ben aan bezoedeling, waarom dan zoeken naar wat ook onderhevig is aan bezoedeling?

Stel dat ik, die zelf onderworpen ben aan geboorte, na het gevaar te hebben begrepen van wat onderworpen is aan geboorte, de ongeboren opperste zekerheid zou zoeken uit slavernij, het nirwana.

Stel dat ik, zelf onderworpen aan verval

onderworpen aan ziekte

onderworpen aan de dood

onderworpen aan verdriet

onderworpen aan bezoedeling, op zoek ging naar de onvervalste hoogste redding uit de slavernij, nirwana.

Als we dit in Zuiverland termen benaderen, dan krijgen we dit:

Vroeger zocht ik, een bombu, naar datgene wat ook bombu is,

een dwaas wezen zijnde, zocht ik datgene wat ook dwaas is,

onderworpen zijnde aan eigenzinnige passies, zocht ik datgene wat ook eigenzinnig is.

een vergankelijke sterveling zijnde, zocht ik naar datgene wat ook sterfelijk en vergankelijk is.

Toen dacht ik, waarom doe ik dit?

Stel dat ik, een bombu, die het gevaar daarvan inziet, een toevlucht zou zoeken in wat niet bombu is;

Stel dat ik, een dwaas wezen, dat het gevaar daarvan inziet, zijn toevlucht zou zoeken in wat niet dwaas is;

Stel dat ik, een dwaas wezen, dat het gevaar daarvan inziet, zijn toevlucht zou zoeken in wat zuiver is;

Stel dat ik, die sterfelijk en vergankelijk ben, en het gevaar daarvan inzie, mijn toevlucht zou zoeken in wat niet sterfelijk is, niet vergankelijk is.

Wat als ik een beroep zou doen op wat buiten deze mondaine samsarische draaimolen ligt. Wat als ik Amida zou aanroepen.

Op filosofisch niveau wordt het seculiere boeddhisme gestut door het houten been van de non-dualiteit.  Er wordt veel van dit begrip gemaakt, maar het is duidelijk dat de Boeddha een belangrijke dualiteit voor ogen heeft, namelijk die tussen het wezen dat beperkt wordt door geboorte, ziekte, dood, verdriet en bezoedeling aan de ene kant en aan de andere kant het ongeborene, het doodloze, dat wat niet onderhevig is aan ziekte, verdriet en bezoedeling aan de andere kant. In de Dharma van Boeddha is niet alles vergankelijk.

Dit is hetzelfde onderscheid als dat tussen de bombu en Amida.  Het boeddhisme ontstaat wanneer het beperkte wezen uitreikt naar het grenzeloze, het eindige naar het oneindige, het afgemetene naar het onmetelijke.

Men overschrijdt deze scheidingslijn niet, want men blijft een sterfelijk wezen, maar men neemt zijn toevlucht tot de andere oever.  In het hier en nu aanroept men het eeuwige. In dit leven aanroept men het hiernamaals. In deze hachelijke toestand verzoekt men om hulp - "Tai Shi Chih, help me nu!".

Zo'n aanroep is nembutsu. "Namo Amida Bu".  Dan, verbazingwekkend genoeg, komt het naar je toe. Dit is de betekenis van Tathagata (Nyorai, in het Japans).

Er wordt gezegd dat het verschil tussen Jodo Shu en Jodo Shin Shu is dat Jodo Shu de nadruk legt op de aanroeping en Shin Shu de nadruk legt op de komst naar jou.  Dit zijn echter twee aspecten van dezelfde beweging.

Dit is religieus bewustzijn dat aanleiding geeft tot een religieuze handeling met een geestelijk resultaat - de religieuze handeling die de kern vormt van elke ware religie, wat de namen of de terminologie ook mogen zijn, en het resultaat dat de reden is waarom religieuze bewegingen zo'n impact en invloed hebben gehad op de menselijke aangelegenheden.

Zolang de mens, een alledaags wezen, alleen maar blijft roepen om een verbeterde alledaagsheid, heeft men de Dharma niet begrepen, noch is men erdoor gegrepen, en dus krijgt men het resultaat niet.

Pas als men als alledaags wezen toch een beroep doet op wat uiteindelijk subliem is, buiten deze smakeloze sfeer, grijpt men de echte Dharma aan en schept men de toestand waarin men zich erdoor kan laten grijpen.  Daarom is het belangrijk om je niet te schamen om religieus te zijn.  Zonder religieus bewustzijn is men eeuwig kwetsbaar en verloren omdat men, hoeveel moeite men ook doet, nog steeds afhankelijk is van dingen die net zo kwetsbaar, vergankelijk en onbetrouwbaar zijn als jijzelf.

Boeddha zei dat weinigen dit zouden kunnen begrijpen.  Hij had gelijk, maar er zijn er een paar met maar weinig stof in hun ogen.  Laat hen dit niet verspillen bij gebrek aan de Dharma.

Voor mij persoonlijk is het volkomen logisch.  Zelfs als ik de enige persoon op de planeet was die dit zag, zou het nog steeds diep bevredigend zijn.  Bovendien is het wat Shakyamuni heeft geleerd.  Dit is origineel Boeddhisme en universele Dharma.

Als Jodo Shu "Alsjeblieft" is en Shin Shu is "Dank U" dan is Amida Shu "Alsjeblieft" en "Dank U" samen, de complete set van kosmische goede manieren. Leer deze goede manieren en gebruik ze bij alle gelegenheden. Dan wordt u welkom geheten op het feest waar alle Boeddha's dineren.

Dharmavidya 9 februari 2020 en vertaald door Vajrapala in het Nederlands

You need to be a member of David Brazier (Eleusis) to add comments!

Join David Brazier (Eleusis)

Email me when people reply –