Er is een prachtige haiku, een klein Japans gedicht, van Zuigen Inagaki, dat simpelweg zegt:
Tijd om te vallen
Is tijd om te drijven
Voor een lotusbloesem
Dit is een perfect geconstrueerde haiku. Het geeft een mooi, natuurlijk beeld, en het heeft een mooie wending in de laatste paar lettergrepen, als je je realiseert waar het om gaat.
De lotusbloem is de mooiste bloem ter wereld; en het is een symbool van het boeddhisme. De lotusbloem groeit uit de modder, stijgt op doorheen het troebele water en bereikt zo de zon; en klimt dan verder naar boven, bovenop het water in de richting van de zon.
Dit is dus een mooi beeld van het spirituele pad. Het begint in de modder. Zonder de modder, zonder het vuil, zonder samsara, zonder alle complicaties van de voorwaardelijke wereld, zou de lotus niet kunnen groeien, en zou het spirituele pad onmogelijk zijn.
Dus, we hoeven de samsarische wereld niet te verwerpen. Die is dukkha, het zijn de acht kwellingen, waaruit het Achtvoudige Pad voortkomt. Wat de twee verbindt is de stam van de lotus. De stam van de lotus zouden we spirituele training of het spirituele pad kunnen noemen.
Het spirituele pad begint met inspiratie. In het midden van de modder ontkiemt het zaad. Het leven ontstaat en het begint zijn reis. Maar het klimt door het donker, naar de oppervlakte van het water. Als het aan de oppervlakte komt, opent het zich in de schittering van de zon.
En dan, is er de lotusbloem, zijn bladeren op het water, zijn stengel gaat verder hoog boven het water en produceert deze prachtige bloem; en, een vrij uniek kenmerk van de lotus, is dat hij zijn vruchten produceert terwijl de bloem er nog is. Dus, bloem en vrucht komen samen voor. Dit is nogal ongebruikelijk in het plantenrijk, meestal is de bloem weg als de vrucht verschijnt.
Dit is dus een symbool van het boeddhisme: bloeiend en vruchtbaar tegelijk, met grote schoonheid, hoog boven de modder, de modder die niettemin essentieel is voor de groei en ontwikkeling.
Te zijner tijd moeten de mooie bloemblaadjes dus vallen; en ze vallen in het water en ze drijven als kleine bootjes.
Tijd om te vallen
Is tijd om te drijven
Voor een lotusbloesem
En dit symboliseert natuurlijk het tijdstip van de dood. Op het zuiverlandpad hebben we geen angst voor de dood, want als we sterven, zullen we drijven. We zullen drijven omdat we worden vastgehouden door Amida's liefde. De grote zegen om op het zuiverlandpad te zijn, is dat men in vrede kan sterven. Men hoeft niet bang te zijn. Men kan zich er zelfs over verheugen. Als een lotusbloem, als boeddhist, kan men het zich veroorloven te vallen, omdat men weet dat men zal drijven.
Namo Amida Bu
Dank u wel.
Dharmavidya
David
Geplaatst door Tineke Osterloh op 31 augustus 2020 en vertaald door Vajrapala
Replies