Zen is

Zen is

"een speciale transmissie buiten de geschriften,

niet gebaseerd op woorden en letters.

Rechtstreeks naar het hart wijzend,

de ware aard te zien, Boeddha worden."

 

教外別傳 jiào wài bié zhuàn.

不立文字 bú lì wén zìdo.

直指人心 zhí zhĭ rén xīn.

見性成佛 jiàn xìng chéng chéng fó

 Wat betekent dit? Wat betekent dit niet?

Dit betekent meestal dat Zen de geschriften en zelfs het schrijven afwijst. Zenbeoefenaars reciteren en bestuderen de geschriften echter wel en schrijven enorme hoeveelheden, dus dit is een groot probleem. Bij het begrijpen van deze passage zou men zich meer moeten bekommeren om wat er wél in staat, dan om wat het lijkt uit te sluiten.

De geschriften zijn noodzakelijkerwijs een externe visie of een registratie. Met de visie van buitenaf bedoel ik het perspectief van iemand die een situatie van op een afstand bekijkt. Zo kunnen de geschriften mededogen bepleiten en definiëren, maar ze kunnen door hun aard de ervaring van mededogen niet daadwerkelijk overbrengen, behalve, misschien, soms via verhalen. Maar een ontmoeting met een ander mens zou dit wel eens kunnen doen.

Het begrip "een speciale overdracht buiten de geschriften" verwijst dus naar die extra kwaliteit die ontstaat door een directe ontmoeting met een levend wezen. Natuurlijk zijn er lezers die zo'n ontwikkelde empathische gevoeligheid hebben dat ze zelfs al lezend een intieme band met de auteur kunnen aangaan, waardoor we voorbeelden in de geschiedenis van het boeddhisme hebben van belangrijke overdrachten die zich voordoen wanneer een persoon die rijp is voor het boeddhisme een bepaalde zinsnede leest die geschreven is door een voormalige heilige die al lang dood is, maar zelfs dan nog heeft datgene wat eigenlijk "overgedragen" of "ontwaakt" wordt, de kwaliteit van een persoonlijke en unieke ontmoeting tussen mens en mens. Het is heel anders dan louter intellectuele studie en begrip.

De woorden en letters die verschijnen doen dat als reactie op een dergelijke ervaring. De ontmoeting is de wortel en de woorden en letters zijn de takken en bladeren. Het is een kwestie van prioriteiten stellen. Dat geldt ook voor andere formaliteiten. Zen is een bijzondere overdracht buiten de rituelen en vormen, niet gebaseerd op procedures en conventies. De rituelen, formaliteiten, procedures en conventies groeien nadien uit. Ze zijn een uitdrukkingsmiddel van de Dharma, maar als de essentie niet eerst is gevonden, dan ontbreekt het aan de vitale inhoud. Maar als het vitale element aanwezig is, dan kan een ritueel zelf een ontmoeting worden.

Zo kan het op een bepaald moment nodig zijn om "diverse praktijken" te laten varen, zodat het zuivere geloof de ruimte kan krijgen om te verschijnen. Men wordt dan "een persoon van geen enkele rang" die volledig zonder persoonlijke middelen is. Echter, zodra de vreedzame geest van het geloof is gevestigd, kunnen alle praktijken op natuurlijke wijze een middel worden om uitdrukking te geven aan de ware Dharma, en de "vreedzame geest" wordt een generator van dynamisch engagement. Wanneer dingen in deze juiste volgorde gebeuren, wordt de rivier overgestoken en wordt het perspectief gekeerd.

Met andere woorden, wat telt is niet zozeer de inhoud van een communicatie als wel het effect ervan. Dezelfde woorden bij verschillende gelegenheden kunnen een verschillend effect hebben en verschillende woorden bij verschillende gelegenheden kunnen leiden tot vergelijkbare effecten. Het effect is dat het hart geraakt wordt. Gewoonlijk is het hart opgesloten in een donkere grot, verborgen door een labyrint van kronkelende tunnels, vallen en doodlopende wegen. Maar in een moment van intiem contact is alles plotseling helder en open. Toch betekent het intellectueel begrijpen van dit alles op zich niet dat het daadwerkelijk gebeurt.

De ontwaakte persoon is natuurlijk. Hij of zij is gewoon wat ze zijn. Hun ware aard is geen gêne, ook al is dat blijkbaar zo menselijk. Zo iemand ontmoeten is ontwapenend. De donkere grot is niet langer nodig. Een Dharma ontmoeting is ruim van opzet. Op zulke momenten wordt het boeddhaschap steeds opnieuw bereikt.

Als we met Dogen zeggen dat de Boeddha-geest spiegelend is, kunnen we begrijpen dat op zulke momenten de een op de ander reageert, net zoals er reflecties in de spiegel verschijnen. De spiegel eigent zich niets toe, vervormt niets. In de boeddhistische taal, het beeld kan niet worden verontreinigd. Dit is spontaniteit die het hart opent.

Paradoxaal genoeg genereert het hart dan vormen van expressie en Zen genereert dan vormen van expressie zoals woorden en letters, rituelen en stijlen, en brengt zo de geschriften tot leven. Het is echter deze levende enscenering die verder gaat dan een theoretisch begrip.

Dharmavidya David Brazier oktober 2019, vertaald door Vajrapala

You need to be a member of David Brazier (Eleusis) to add comments!

Join David Brazier (Eleusis)

Email me when people reply –