Vraag : Na een paar jaar van hard werken aan persoonlijke verbetering en het voortdurend struikelen over mezelf, heb ik moeite om echte verandering te zien in mijn neiging tot dwaasheid. Hoe realistisch is het, gezien de diepte van mijn tekortkomingen, om een significante verandering op het menselijke vlak te verwachten?
Kort antwoord : Verkeerd streefdoel.
Langer antwoord : Fouten maken is menselijk. Het houdt niet op. Inzicht kan groeien, maar dat is geen doel op zich. Inzicht kan echter aanleiding geven tot frustratie, wat nuttig kan zijn. Er is een onvermijdelijke tegenstrijdigheid - en dus een zelfbedrog - in de notie van "zelfverbetering". Maar terwijl wij worstelen om te zien, kunnen de Boeddha's ons wel al heel goed zien. We hoeven hun werk niet voor hen te doen, maar spelen gewoon onze eigen rol.
Eigenlijk zou een toeschouwer van buitenaf wel eens een grote verbetering in jou kunnen zien, terwijl je zelf steeds meer reden tot wanhoop vindt. Het is geen zelfverbetering die nodig is, alleen een vermindering van de zelfzucht. Daaruit zouden verschillende waarneembare deugden kunnen voortkomen, maar het is niet door ze rechtstreeks te cultiveren dat de Dharma tot stand komt. Het zijn symptomen en bijproducten.
Daarom zeggen de leraren: "Doe gewoon je praktijk en je hoeft je geen zorgen te maken". Het najagen van een beter perspectief op jezelf heeft geen zin. Soms, als we onszelf onderzoeken, zien we deugden en soms ondeugden, maar het is allemaal slechts een verzameling van spiegels. In de ochtend doe ik mijn werk. ‘s Middags snoei ik de rozen. ‘s Namiddags doe ik een ander werk. ‘s Avonds eet ik mijn avondeten. Namo Amida Bu. Namo Amida Bu. Ben ik "beter" geworden ? Wie weet. Het is niet mijn zorg.
Vertaald in het Nederlands door Vajrapala
Replies